Geotrendlines lanceert nieuw boek: Van Goud tot Bitcoin!

Op 25 november 2021 lanceerde ik samen met Sander Boon en Eric Mecking ons nieuwe boek: Van Goud tot Bitcoin. Om u een idee te geven waar het boek over gaat hebben wij als voorproefje een e-book van 21 pagina’s samengesteld. Dit e-book kunt u gratis downloaden via deze link. Dan staat u gelijk in ons adressenbestand zodat we u komende maanden op de hoogte kunnen houden van alle ontwikkelingen met het boek en rondom het boek.

Over het boek

In deze tijd van grote financiële, maatschappelijke en geopolitieke veranderingen duizelt het velen. Jongeren kunnen amper een huis kopen en hebben geen zekerheid over hun toekomst, ouderen maken zich zorgen over hun pensioen en spaargeld. De kloof tussen rijk en arm groeit en steeds meer mensen verliezen het vertrouwen in het geldsysteem.

Het huidige kantelpunt is niet uniek. Verre van. In dit boek leest u over soortgelijke situaties, over de ondergang van wereldmachten en hun valuta. Dat begon vaak wanneer goud als solide basis van het monetaire systeem werd verlaten. De laatste decennia hebben we het goud ingeruild voor staatsleningen. Een systeem gebaseerd op schuld dus. Onwaarschijnlijk, maar waar.

We beschrijven de opmars van de eurodollar markt sinds de jaren ‘60 en de schaduwbankensector vanaf de jaren ‘90 van de vorige eeuw: onzichtbaar, maar opeens overweldigend aanwezig. Zij verzwakten de rol van centrale banken, maar versterkten de globalisering en de enorme schulden opbouw. Ze veroorzaakten ook een aaneenschakeling van financiële bubbels. We vertrouwen dat dit systeem blijft functioneren, maar we dansen op een vulkaan.

Als u dit boek heeft gelezen, begrijpt u pas echt hoe fragiel ons financiële systeem is geworden en hoe de historie als leidraad dient voor de toekomst. We beschrijven een aantal scenario’s. Welke valkuilen er zijn en hoe u die kunt vermijden. Hoe u uw vermogen kunt beschermen in tijden van crisis en welke cruciale rol goud, Bitcoin en andere cryptomunten hierin spelen. Ook beantwoorden we praktische vragen over hoe u deze veilig kunt kopen, bewaren etc. Want u dient goed voorbereid te zijn. Dit boek wijst u de weg.

www.vangoudtotbitcoin.nl

Het gevaar van een traditionele beleggingsportefeuille

Decennia lang bouwden vermogensbeheerders hun beleggingsportefeuille volgens het 60/40 principe. Met 60% in aandelen profiteerden beleggers van stijgende aandelenkoersen, terwijl ze met 40% in staatsobligaties beschermd waren in tijden van crisis. Vanwege de negatieve correlatie tussen beide leverde deze standaardportefeuille vrijwel altijd rendement op. Deze beleggingsstrategie heeft echter zijn beste tijd gehad, omdat obligaties niet langer de bescherming bieden die ze in het verleden boden.

In een traditionele beleggingsportefeuille dekken beleggers hun positie in aandelen af met obligaties. In economisch goede tijden stijgt de aandelenmarkt en in slechte tijden zoeken beleggers hun toevlucht in staatsleningen. De afgelopen drie decennia leverden aandelen gemiddeld 10% op, terwijl staatsobligaties goed waren voor gemiddeld 6% per jaar. Dat vertaalt zich naar een rendement van ruim 8% per jaar. Staatsobligaties functioneerden dus niet alleen als verzekering in de portefeuille, ook leverden ze een positief rendement op.

Staatsobligaties

De tijden dat beleggen zo eenvoudig was ligt definitief achter ons, want obligaties vervullen niet langer hun functie als verzekering van de beleggingsportefeuille. De afgelopen tien jaar zakte de rente bijna naar nul, waardoor staatsobligaties geen cashflow meer genereren. Het enige rendement van obligaties komt nu van eventuele waardestijging door een dalende rente. De vraag is echter hoe ver de rente nog kan dalen voor het hele geldsysteem disfunctioneel wordt. Tijdens de coronacrisis gingen aandelen en staatsobligaties op een gegeven moment tegelijk onderuit, waardoor beleggingsfondsen met deze traditionele strategie grote verliezen leden.

Met de verwachting dat het rendement op staatsleningen steeds verder naar nul zakt moet je als belegger meer (risicovolle) aandelen in de portefeuille nemen om een rendement van 8% op jaarbasis te halen, waardoor het neerwaartse risico steeds groter wordt. Wanneer obligaties geen inkomsten meer opleveren moet de aandelenportefeuille per jaar 13,3% opleveren om op het gewenste rendement van 8% uit te komen.

Goud als alternatief?

Hoe kun je als belegger inspelen op deze veranderingen? Nu staatsobligaties geen rendement meer opleveren wordt het interessanter om alternatieven te overwegen. Uit onderzoek is gebleken dat goud in tijden van crisis een negatieve correlatie heeft met aandelen. Het edelmetaal levert net als staatsobligaties geen inkomsten op, maar daar staat tegenover dat het ook geen tegenpartij risico kent. Een staatslening is slechts een schuldbewijs, terwijl goud een tastbare bezit is. Wanneer de rente op staatsobligaties verder naar nul zakt of zelfs negatief wordt is het edelmetaal een aantrekkelijk alternatief.

De tijd dat staatsobligaties een beleggingsportefeuille beschermden en daarnaast extra inkomsten genereerden ligt definitief achter ons. Binnen dit financiële systeem blijft de rente laag en loont het om uit te wijken naar alternatieven. Bedrijfsobligaties leveren weliswaar meer rente op, maar bieden minder bescherming in tijden van crisis. In een tijd van negatieve rente en ongekend monetair beleid verdient goud zeker een plaats in een goed gespreide beleggingsportefeuille. Ook voor het rendement hoeft dat geen stap terug te betekenen. Het edelmetaal heeft sinds 1971 een rendement van gemiddeld 8,3% op jaarbasis opgeleverd.

Goud presteerde dit jaar beter dan de aandelenmarkt

Deze column verscheen eerder op Goudstandaard

De goudstandaard terug?

John Maynard Keynes zei eens dat de goudstandaard een ‘barbaarse reliek’ is, omdat het overheden de mogelijkheid ontneemt om bij te sturen in tijden van crisis. Onder een goudstandaard is de waarde van het geld gekoppeld aan een vaste hoeveelheid goud, met als gevolg dat overheden en centrale banken weinig speelruimte hebben om de economie te stimuleren.

De goudstandaard bracht wel een zekere monetaire en fiscale discipline, zowel nationaal als internationaal. Iedere munt was gekoppeld aan een vaste hoeveelheid goud, waardoor de waarde van verschillende munten onderling stabiel was. Tijdens de goudstandaard nam ook de internationale handel toe, omdat het goud in de muntstukken een zekere waarde vertegenwoordigde.

In het Bretton Woods systeem na de Tweede Wereldoorlog werd een poging gedaan deze stabiliteit terug te brengen. Alle belangrijke valuta kregen een vaste wisselkoers ten opzichte van de dollar, die op haar beurt tegen een vaste koers van $35 per troy ounce aan goud werd gekoppeld. Dit systeem zorgde voor een zekere mate van voorspelbaarheid in het internationale monetaire systeem, waardoor de wereldhandel en internationale kapitaalstromen konden opbloeien.

Van goudstandaard naar geen standaard

Met de opkomst van de eurodollar markt en de aanhoudende begrotingstekorten van de Verenigde Staten kwam het Bretton Woods systeem onder druk te staan. In de jaren zestig begonnen landen hun dollars in te wisselen voor goud, met als gevolg dat president Nixon in 1971 het goudloket moest sluiten.

Sindsdien is er geen monetaire standaard meer en kunnen wisselkoersen vrij ten opzichte van elkaar bewegen. Iedere centrale bank heeft verschillende instrumenten om de waarde van haar munt omhoog of omlaag te manipuleren en daarmee kapitaalstromen en handelsstromen te beïnvloeden. Centrale banken moeten hun beleid dus voortdurend op elkaar afstemmen om de wisselkoersen te stabiliseren.

Sinds het uitbreken van de financiële crisis werkt dit systeem niet meer naar behoren. Na de renteverlaging van de Federal Reserve overwegen nu ook andere centrale banken meer monetaire stimulering. Niet om de economie te ondersteunen, maar om te voorkomen dat hun valuta in waarde stijgt ten opzichte van andere valuta. Het is een valutaoorlog die uiteindelijk een race naar de bodem kan ontketenen, met alle gevolgen van dien.

Valutaoorlog

Afgelopen week waren de ogen van beleggers gericht op de Chinese yuan. De Verenigde Staten beschuldigen China van het devalueren van de munt, terwijl dat land juist probeert de waarde van de munt meer aan de markt over te laten. De laatste jaren heeft de Chinese centrale bank met haar valutareserves de waarde van de yuan verdedigd. Nu de centrale bank deze activiteiten afbouwt – en de waarde van de munt als gevolg daarvan daalt – wordt het land beschuldigd van muntmanipulatie.

Naast een handelsoorlog dreigt er nu ook een valutaoorlog te ontstaan, waarin de politieke druk op centrale banken toeneemt. In plaats van het monetaire beleid af te stemmen op de binnenlandse economie wordt het beleid van centrale banken meer en meer afgestemd op het beïnvloeden van wisselkoersen. Dit is een gevaarlijke trend, waar uiteindelijk de spaarder de dupe van zal worden.

Tijd voor een nieuwe monetaire standaard?

Steeds meer mensen komen tot het inzicht dat het monetaire systeem vandaag de dag niet meer functioneert zoals het zou moeten. De goudstandaard legde inderdaad een aantal beperkingen op, maar het is de vraag of de situatie van toen veel slechter was dan de situatie waar we nu in zitten. Spaarders worden gestraft door een negatieve rente, terwijl pensioenfondsen het benodigde rendement niet meer halen. Daarnaast lokt de lage rente uit tot investeringen die niet rendabel zijn.

Volgens Keynes was de goudstandaard een ‘barbaarse reliek’, maar is het niet minstens zo barbaars dat een handvol centraal bankiers vandaag de dag kan bepalen wat de rente moet zijn? En is het niet barbaars dat ze overheden en grote bedrijven helpen door op grote schaal staatsobligaties en aandelen op te kopen? En dat ze spaarders straffen met een negatieve rente?

Volgens Judy Shelton, voormalig economisch adviseur van Trump en kandidaat voor de Federal Reserve, is het tijd om een gelijk monetair speelveld te creëren. Doen we dat niet, dan zal de valutaoorlog zich verder uitbreiden. Dat betekent meer financiële repressie, meer geldontwaarding en meer negatieve rente. Misschien was die goudstandaard zo slecht nog niet.

Frank Knopers

Deze column verscheen eerder op Goudstandaard

Centrale banken weten het niet meer

Centrale banken hebben het er de laatste jaren maar druk mee. Zo is het aantal toespraken dat ze jaarlijks geven in de periode van 1998 tot 2014 verzesvoudigd. Sinds de financiële crisis communiceren ze niet alleen over hun monetaire beleid, maar proberen ze de markt ook met woorden in een bepaalde richting te sturen. Denk aan centraal bankiers die zeggen dat ze de rente nog lang laag zullen houden of dat ze zullen ingrijpen, mocht dat ooit weer nodig zijn. ‘Forward guidance’ noemen we dat.

Forward guidance wordt door centrale banken uitgelegd als een nieuw beleidsinstrument, maar eigenlijk betekent het dat de bodem van de gereedschapskist van centrale banken in zicht is. Het is alsof je een centraal bankier vraagt om een hamer en hij een papiertje geeft met daarop een tekening van een hamer.

Centrale banken geven steeds meer toespraken

Centrale banken praten steeds meer, maar zeggen steeds minder

In 2017 publiceerde de Zwitserse centrale bank nog een onderzoek over dit onderwerp. Daaruit bleek dat een toename van het aantal persconferenties van centrale banken helemaal niet zorgde voor meer duidelijkheid bij het publiek. Integendeel, de markt kreeg juist meer tegenstrijdige geluiden te horen, waardoor het moeilijker werd om het beleid van centrale banken te voorspellen. Uit de conclusie van het onderzoek van Thomas Lustenberger en Enzo Rossi:

“Meer communicatie produceert voorspellingsfouten en vergroot de spreiding. Dit inzicht was voorzien door Simon (1971), die zei dat “een overvloed aan informatie een armoede van aandacht creëert.” Het sluit ook aan bij de conclusies getrokken door bijvoorbeeld Morris & Shin (2002), Sims (2003), Kahneman (2003) en Blinder (2004). Zij stellen dat ongecoördineerde communicatie de signaal-ruisverhouding juist kan verlagen in plaats van verhogen, en daarmee de effectiviteit van het monetaire beleid kan belemmeren.

Anders gezegd, een centrale bank die spreekt met een kakofonie van stemmen heeft in feite misschien helemaal geen stem. Minder spreken kan dus gunstig zijn voor centrale banken die de voorspelbaarheid en homogeniteit tussen financiële en macro-economische voorspellingen willen vergroten. We leveren enig bewijs dat dit in het bijzonder waar voor kan zijn centrale banken waarvan het transparantieniveau al hoog is.

Nog minder succesvol op het gebied van het voorspellen is het beleid van forward guidance, zoals nagestreefd na de financiële crisis. Het beïnvloedde noch de fouten noch de spreiding van de rente en opbrengstprognoses.”

Terug bij af?

De laatste jaren zit de wereldeconomie weer in een opwaartse trend. Dat herstel hebben we voor een belangrijk deel te danken gehad aan het ingrijpen van centrale banken. Met structurele opkoopprogramma’s en liquiditeitssteun voor banken werd het vertrouwen in schuldpapier hersteld. Daardoor kwam ook de kredietverlening aan consumenten en bedrijven weer op gang.

We kunnen onszelf op de borst kloppen voor de economische groei van de laatste jaren, maar de vraag is of de economie ook zo goed blijft draaien zonder al die stimulering door centrale banken. De Federal Reserve zette haar geplande renteverhoging begin dit jaar niet door, omdat de vooruitzichten voor de economie te onzeker werden. De ECB is nog maar net gestopt met het opkopen van staatsobligaties en er wordt alweer gesproken over een nieuwe ronde van liquiditeitssteun aan banken. Ondertussen overweegt de Bank of Japan extra monetaire stimulering om een waardestijging van de munt te voorkomen.

Om een lang verhaal kort te maken, het economische herstel van de afgelopen jaren is voor een belangrijk gedeelte te danken aan het ruime monetaire beleid van centrale banken. De gewenste ‘normalisering’ blijkt een moeizaam en pijnlijk proces, waarbij een nieuwe recessie gemakkelijk kan worden uitgelokt.

Hoe nu verder?

Centrale banken balanceren op een smal pad tussen deflatie en inflatie. Dat maakt dat ze heel weinig speelruimte hebben om effectief beleid te voeren. Een onvoorzichtige stap in de verkeerde richting – en die hoeft niet per se van centrale banken te komen – kan een keten van gebeurtenissen veroorzaken die leidt tot een nieuwe crisis.

Mario Draghi zei laatst tijdens een hoorzitting in het Europees Parlement dat groei de beste manier is om uit de schulden te komen. In dit scenario worden schulden door inflatie makkelijker te betalen, maar de keerzijde is dat ook de waarde van het geld verder wordt uitgehold. En dat betekent verlies van koopkracht, zeker voor de lagere inkomens. En dat voedt het wantrouwen van de bevolking ten aanzien van overheden en centrale banken.

Centrale banken moeten in deze onzekere tijden rekening houden met verschillende scenario’s. Dat betekent dat ze ook moeten anticiperen op de negatieve effecten van meer protectionisme en economische oorlogsvoering in de wereld. Als centrale banken wereldwijd besluiten meer goud te kopen en in toenemende mate goudvoorraden terughalen naar eigen land, dan is dat wat mij betreft zeker een teken aan de wand. We zouden wat meer moeten kijken naar wat centrale banken doen en minder moeten luisteren naar wat ze zeggen.

Deze column verscheen eerder bij Goudstandaard

Waarom is goud vrijgesteld van btw?

Heeft u zich wel eens afgevraagd waarom u geen btw betaalt over de aankoop van gouden munten of goudbaren, terwijl u wel belasting betaalt voor andere metalen als zilver, platina en palladium? Wat is de gedachte achter deze vrijstelling? En waarom geldt deze uitsluitend voor goud? In dit artikel geven we meer uitleg over het hoe en waarom van deze btw vrijstelling voor goud.

Waarom is goud vrijgesteld van btw?

Op 17 oktober 1998 werd in de Europese Unie een nieuwe wet aangenomen waarmee beleggingsgoud in de hele eurozone werd vrijgesteld van btw. Goudbaren met een zuiverheid van tenminste 99,5% en een ‘gangbaar gewicht’ zijn sindsdien zonder btw te verhandelen. Een certificaat van echtheid van de smelterij is geen vereiste. Ook gouden munten zijn vrijgesteld van btw, mits deze tenminste 90% goud bevatten, na 1800 geslagen zijn en mits deze in het land van oorsprong wettig betaalmiddel zijn of zijn geweest. Ook geldt dat de marktwaarde van de gouden munt niet meer dan 80% boven de intrinsieke waarde van het goud mag liggen.

De reden waarom goud is vrijgesteld van btw laat niets aan de verbeelding over. Hieronder staat de samenvatting van de betreffende wet, waarin duidelijk wordt uitgelegd dat men op deze manier het gebruik van goud als financieel instrument wil stimuleren. In het verleden werd goud in veel Europese landen nog wel met btw belast, maar met het vooruitzicht van een gemeenschappelijke munt en vrij verkeer van kapitaal binnen de Eurozone werd besloten om de fiscale regels ten aanzien van goud in alle landen van de muntunie gelijk te trekken.

Teneinde het gebruik van goud als financieel instrument te stimuleren, installeert deze richtlijn een fiscale vrijstelling voor de levering van beleggingsgoud. Voorheen viel beleggingsgoud onder het gewone fiscale regime. Op basis van dit stelsel waren partijen beleggingsgoud in principe onderworpen aan btw, een aantal lidstaten echter konden deze leveringen, op provisorische basis, vrijstellen. De nieuwe richtlijn heft deze vorm van concurrentievervalsing tussen de lidstaten op en versterkt tegelijkertijd ook de concurrentiepositie van het communautaire goud op de markt.

Goud kopen wordt gestimuleerd

Goud wordt in veel Europese landen dus niet alleen erkend als financieel instrument, het wordt zelfs als zodanig gestimuleerd. Blijkbaar heeft men in Europa rekening gehouden met een toekomst waarin spaarders en beleggers zonder restricties geld kunnen omzetten in goud en vice versa. Dat is niet overal in de wereld zo, want in de Verenigde Staten moet je winstbelasting betalen op het moment dat je goud met winst weet te verkopen.

De Europese Commissie publiceert ieder jaar een overzicht waarin precies staat in welke landen je zonder btw goud kunt kopen. Hieronder staan alle landen waar beleggingsgoud dit jaar is vrijgesteld van btw.

In deze landen is goud vrijgesteld van btw (Bron: Europese Commissie)

Waarom zijn niet alle edelmetalen vrijgesteld van btw?

In de Europese Unie wordt alleen goud erkend als financieel instrument. Edelmetalen als zilver, platina en palladium worden aangemerkt als een grondstof, omdat deze metalen ook veel industriële toepassingen kennen. De industriële toepassingen van goud daarentegen zijn zeer beperkt, waardoor dit metaal zich uitstekend leent als een alternatief financieel instrument om in te sparen.

Ook centrale banken in de Eurozone erkennen goud als financieel instrument. Alle centrale banken van het Eurosysteem hebben goud op hun balans staan, dat vier keer per jaar gewaardeerd wordt tegen de actuele goudprijs. Dat goud is niet gekoppeld aan het geld en dient ook niet als direct onderpand voor het geld dat centrale banken in omloop brengen.

Hoe kan ik deze edelmetalen fiscaal aantrekkelijk aankopen?

Voor zilverbaren en platinabaren betaalt u het hoge btw-tarief, maar voor munten is een speciale regeling getroffen. Zilveren munten en platina munten mogen onder de margeregeling verhandeld worden, wat betekent dat u alleen btw betaalt over de winstmarge van de handelaar en niet over het metaal zelf. Wilt u als particulier zilver of platina kopen, dan zijn munten interessanter dan baren. Heeft u de mogelijkheid om zakelijk zilver of platina aan te kopen, dan kunt u de belasting op baren verrekenen.

Binnen de Eurozone worden zilver en platina met btw belast, maar in Zwitserland zijn ook deze edelmetalen vrijgesteld van deze belasting.

Dit artikel verscheen eerder op Marketupdate

‘Geld is een belofte die verbroken kan worden’

Vorig jaar werd ik geïnterviewd door Lenneke Arts en Joost van Kuppeveld van het Financieel Dagblad. Dat interview werd eind oktober 2016 gepubliceerd in een uitgebreid artikel over goud, waarvoor ook goudkenners als Jan Nieuwenhuijs (Koos Jansen), Sander Boon en Aerdt Houben (DNB) geïnterviewd werden.

Het interview met Aerdt Houben, directeur Financiële Markten van De Nederlandsche Bank, werd een dag eerder al gepubliceerd op de website van het Financieel Dagblad. Dat stelde mij in de gelegenheid een uitgebreide reactie te plaatsen op Marketupdate. Hieronder mijn interview dat vandaag verschenen is in het Financieel Dagblad. De andere interviews staan in de zaterdageditie van de krant en op de website van het FD.

‘Geld is een belofte die verbroken kan worden’

‘Ik studeerde bedrijfskunde, een studie vol modellen en theorieën die uitgingen van een bepaald fundament: het geldsysteem. Maar ik had geen flauw benul van de werking van geld, de bank, goud. Toen het systeem in 2008 vervolgens niet zo stabiel bleek als we dachten, ben ik me gaan verdiepen in geld en enthousiast geworden over goud. In eerste instantie door de vele stukken die ik las van bronnen als Willem Middelkoop (bekend als de ultieme ‘goudgelovige’, red.). Daarna ben ik me verder gaan verdiepen en heb ik andere bronnen gevonden.

Een jaar later heb ik de stap gezet: ik haalde al mijn spaargeld van de bank en kocht er gouden muntjes van. Omdat goud bij uitstek iets is wat je kunt vertrouwen. Je hebt geen “tegenpartijrisico”. Je kunt het namelijk gewoon vasthouden en aan de hand van verschillende kenmerken testen of het echt is. Bij papiergeld heb je te maken met een centrale bank en een overheid. Die hebben een bepaalde mening over het geld en kunnen een munt devalueren.

Daardoor is geld een belofte, een contract. Maar dat contract is niet altijd even goed. Overheden van landen als Griekenland, Italië en Spanje hebben in het verleden dat soort beloftes verbroken en de waarde van het geld uitgehold.

Dat wantrouwen jegens het systeem is wat mensen richting goud drijft. Zij zeggen: “Ik vertrouw het niet meer met die centrale banken die geld bijdrukken en de rente verlagen, dus ik wil gewoon uit dat systeem stappen en mijn spaargeld in eigen hand houden: fysiek goud kopen.” Goud is altijd van jou.

Door er veel over te schrijven wil ik mensen de ogen openen. Het heeft ook met verantwoordelijkheidsgevoel te maken. Het gaat niet goed, en daarover wil ik familieleden en andere mensen informeren. Uitleggen hoe het geldsysteem werkt, hoe banken werken. Vrienden begrijpen mijn keuze voor goud wel; zij zitten ook een beetje in goud. Niet zoveel als ik, maar ze geloven wel dat het een bepaalde plek verdient binnen je vermogen. Ook als je niet zoveel hebt.’

Bron: Financieel Dagblad, 29 oktober 2016

Analyse: China waardeert goudreserve naar marktwaarde

Afgelopen vrijdag schreven we al dat China in de maand juli 19 ton goud aan haar reserves heeft toegevoegd. Op zichzelf is dat al een interessant gegeven, maar minstens zo interessant is de constatering dat China haar goudvoorraad sinds kort waardeert naar de actuele goudprijs. In het verleden werd de goudreserve uitsluitend in troy ounce gerapporteerd, maar dat mag niet meer nu ze de boekhoudkundige regels van het IMF heeft overgenomen. In dit artikel leggen we uit wat er precies veranderd is en waarom het zo belangrijk is dat China haar goudreserve voortaan iedere maand waardeert tegen de goudprijs van dat moment.

Waarom neemt China de boekhoudregels van het IMF over?

De Chinese centrale bank wil dat de yuan wordt opgenomen in de Special Drawing Rights (SDR) van het IMF, een soort valutareserve waarvan de waarde gebaseerd is op een mandje van populaire valuta (dollars, euro’s, Britse ponden en Japanse yen). Iedere SDR vertegenwoordigt een claim op één van deze valuta en doet zich dus voor als een soort substituut (of aanvulling) op de goudreserves van landen. Wat daar precies het nut van is bespreken we binnenkort in een ander artikel.

Feit is dat de Chinese yuan op dit moment in zijn geheel niet vertegenwoordigd is in de SDR, terwijl China de laatste jaren is uitgegroeid tot een van de grootste economieën ter wereld. Ook heeft China de laatste jaren veel werk verzet om haar munt internationaal beter verhandelbaar te maken, onder meer door valutaswaps op te zetten met belangrijke handelspartners en door over de hele wereld ‘clearing houses’ te openen (1,2) die het voor handelspartners gemakkelijker maken om rechtstreeks transacties te doen in de Chinese munt.

China wil dat haar munt officiële erkenning krijgt en onderdeel wordt van het mandje van valuta waarop de waarde van de SDR gebaseerd is. Maar dat hield tegelijk in dat China aan een aantal voorwaarden van het IMF moest voldoen. Een van deze voorwaarden was dat China openheid zou geven over de goudreserve en een andere voorwaarde was dat China haar valutareserve en goudreserve voortaan zou waarderen volgens de internationaal geaccepteerde regels van het IMF. Deze regels kennen we als de Special Data Dissemination Standards (SDDS).

Was zijn Special Data Dissemination Standards?

De SDDS is een reeks van boekhoudkundige regels die het IMF in 1996 heeft opgesteld om beter inzicht te krijgen in de reserves van landen. Landen die deze regels hebben overgenomen (dat zijn er op dit moment 73, waaronder de meeste Westerse landen en de BRICS-landen) moeten op vastgestelde momenten de omvang van hun totale reserves doorgeven aan het IMF. China voldoet nog niet aan deze regels, maar heeft zich voorgenomen om dat in de toekomst wel te doen. Zo kondigde de Chinese premier Xi Jinping eind vorig jaar tijdens een G20 topoverleg in Brisbane haar voornemen aan te voldoen aan de Special Data Dissemination Standards.

Het overnemen van de boekhoudkundige regels van het IMF en het openstellen van de Chinese financiële markten moet bijdragen aan een grotere acceptatie van de Chinese yuan als alternatieve handelsvaluta. Op het moment van schrijven domineert de dollar het internationale handelsverkeer, maar het marktaandeel van deze munt wordt ieder jaar een stukje kleiner ten gunste van de Chinese yuan. Vooral in Rusland en in Afrika wint de yuan snel aan terrein als alternatief voor de dollar.

Van gewicht naar goudwaarde

Op de website van het het Chinese State Administration of Foreign Exchange (SAFE) publiceert de Chinese centrale bank iedere maand de omvang van de goudreserve in troy ounces en de omvang van de valutareserve in dollars. Dat zag er als volgt uit…

China heeft in juli 19 ton goud aan haar reserves toegevoegd

We schrijven verleden tijd, want dit maandstaatje is niet meer te vinden op de website van SAFE. De link die naar dit document verwees geeft nu een foutmelding. Het oude maandstaatje heeft plaats gemaakt voor een nieuwe variant die wél voldoet aan de standaard van het IMF…

China zet niet langer het gewicht, maar de waarde van de goudreserve op de balans (h/t: @koosjansen)

Leggen we deze twee overzichten naast elkaar, dan valt het volgende meteen op: Terwijl de goudvoorraad in juli 19 ton groter werd ging de waarde van de goudvoorraad met omgerekend $3 miljard omlaag… FOFOA rekende uit waar dit verschil vandaan kwam en kwam tot de conclusie dat de Chinese centrale bank haar goudreserve in de maand juni waardeerde op $1.170,24 per troy ounce en in juli tegen een veel lagere koers van $1.098,42 per troy ounce. Dat blijkt redelijk nauwkeurig overeen te komen met de goudprijs fixing van de laatste dag (en de laatste vrijdag) van iedere maand…

China waardeert goudvoorraad naar de Londen fixing (via FOFOA)

Marked to market

We hebben hier de bevestiging dat China haar goudreserve periodiek herwaardeert naar de actuele goudkoers. Maar waarom is dat zo interessant? Het is de erkenning van de centrale banken dat goud een vrij verhandelbare reserve is. Een bezitting waarvan de waarde tot stand komt op de vrije markt en niet door politiek besluit van overheden die de waarde van hun geld aan goud proberen vast te ketenen.

Het waarderen van de goudreserve naar de marktprijs staat gelijk aan de erkenning van een centrale bank dat valuta niet op gelijke voet staat met goud. De geschiedenis heeft ons geleerd dat papiergeld op de lange termijn altijd aan waarde verliest ten opzichte van goud en dat iedere koppeling tussen goud en geld gedoemd is te mislukken.

Centrale banken die hun goudreserve naar de actuele marktwaarde op de balans zetten erkennen dat hun eigen munt op termijn aan waarde kan verliezen ten opzichte van goud. Ook is het de erkenning dat het edelmetaal een vrij verhandelbare en bruikbare reserve is op de balans van de centrale bank, conform de eerste regel van het Central Bank Gold Agreement (CBGA) dat in 1999 ondertekend werd door vijftien verschillende centrale banken…

1. Gold will remain an important element of global monetary reserves.

Eurosysteem

Niet geheel toevallig was 1999 ook het jaar waarin de euro werd geïntroduceerd. Twaalf Europese landen introduceerden een nieuwe gemeenschappelijke valuta, de eerste ter wereld zonder koppeling aan goud en zonder een koppeling aan één specifiek land. De euro kwam voort uit de lessen die Europa geleerd heeft van twee grote Wereldoorlogen en het falen van het dollarsysteem dat na de Tweede Wereldoorlog naar voren werd geschoven als het nieuwe monetaire anker.

Met de introductie van de euro hebben de deelnemende landen een deel van hun monetaire soevereiniteit opgeofferd. Dat deden ze vanuit de gedachte om de burger te beschermen tegen een nieuwe valutaoorlog op het Europese continent. Ook besloten de lidstaten van de Eurozone hun goudvoorraden samen te voegen op de balans. Niet om de waarde van iedere euro te koppelen aan een bepaald gewicht in goud, maar om een solide fundament onder de muntunie te leggen waar de rest van de wereld op kon vertrouwen.

Het succes van de euro is zichtbaar aan het feit dat de munt nog steeds bestaat en dat het totaal aantal deelnemer sinds de introductie is toegenomen van 12 naar 19 landen. Ondanks alle negatieve berichten in de media hebben zeven landen besloten hun monetaire soevereiniteit op te geven in ruil voor de euro.

De erkenning van goud als waardereserve

De ECB was de eerste centrale bank die haar goudvoorraad niet langer waardeerde naar een historisch vastgestelde koers of naar het gewicht, maar naar de actuele goudwaarde. Dit model is door de jaren heen door verschillende landen overgenomen. Sinds 2006 waardeert ook Rusland de waarde van haar goudreserve maandelijks naar de marktwaarde en dit jaar is ook China daarmee begonnen. Door de goudvoorraad tegen marktwaarde te waarderen is een geleidelijke transitie mogelijk van het huidige internationale monetaire systeem (dollar als reserve) naar een nieuw monetair systeem (goud als reserve). Die transitie gaat heel langzaam en ziet er als volgt uit…

Van valutareserve naar goudreserve

De Russen deden hetzelfde…

Pro Goud blok

We zien dus dat het pro-goud blok (bestaande uit het Eurosysteem, Rusland en China) inmiddels op één lijn gekomen is voor wat betreft de waardering van hun goudreserves. Ook lijken de landen op één lijn te zitten voor wat betreft de functie van de goudreserve. Uit de herziening van het Central Bank Gold Agreement blijkt dat de landen van het Eurosysteem goud nog steeds zien als een belangrijke monetaire reserve. Rusland en China beamen dat, want deze twee landen hebben de afgelopen jaren voorop gelopen in het uitbreiden van hun goudreserve.

Dit is wat de Dmitry Tulin van de Russische centrale bank onlangs zei over de waarde van goud op de balans van de centrale bank:

“Zoals jullie weten breiden wij onze goudreserve uit, ook al zijn daar bepaalde risico’s aan verbonden. De goudprijs fluctueert weliswaar, maar daar staat tegenover dat het honderd procent gegarandeerd vrij is van wettelijke en politieke risico’s.”

Elvira Nabiullina, de gouverneur van de Russische centrale bank, is van mening dat Rusland de komende jaren meer goud moet kopen. In juni zei ze daar het volgende over:

“Recent experiences forced us to reconsider some of our ideas about sufficient and comfortable levels of gold reserves.”

Het Chinese State Administration of Foreign Exchange (SAFE) geeft in een recent persbericht een verklaring waar ook een positieve houding ten aanzien van goud blijkt. Op de vraag waarom het land haar goudvoorraad uitbreidt wordt het volgende antwoord gegeven…

“De goudreserve is een essentieel onderdeel van de gediversifieerde internationale reserves en veel centrale banken houden goud aan als onderdeel van hun internationale reserves. Ook China doet dat. Goud is, in combinatie met andere bezittingen, bevorderlijk voor de aanpassing en optimalisatie van het risico en rendement van de portefeuille. Vanuit een lange termijn strategisch perspectief zullen we op dynamische wijze de samenstelling van de internationale reserves blijven aanpassen, met als doel de veiligheid en liquiditeit van de reserves te waarborgen en waardebehoud en waardestijging na te streven.”

Conclusie

Het feit dat China haar goudvoorraad naar marktwaarde op de balans zet is een belangrijke stap richting het ‘demonetiseren’ van goud. Waar Europa mee begonnen is met de introductie van de euro wordt voortgezet door opkomende economische grootmachten als Rusland en China. Ook zij erkennen dat de waarde van goud door de markt bepaald moet worden en niet bij wet wordt vastgelegd tegen een bepaalde prijs.

Tegenover deze ontwikkelingen kan de Verenigde Staten weinig inbrengen. Zij waarderen hun goudreserve van ruim 8.100 ton nog steeds naar de laatste historische goudkoers van $42,22 per troy ounce. Door het goud nog steeds tegen een ongeloofwaardig lage koers op de balans te zetten ontkent de VS in feite dat goud een volwaardige reserve is die als zodanig gebruikt kan worden in het internationale handelsverkeer. Dat is geheel begrijpelijk, want de VS heeft er alle belang bij dat de wereld haar dollars in plaats van het geografisch verspreide goud blijft gebruiken.

Het is een kwestie van tijd voordat landen de dollar loslaten als monetair anker en terugkeren naar de stabiliteit en zekerheid van goud. Het erkennen van de vrije marktprijs van goud is een belangrijke stap in deze richting.

Voetnoot: Dit artikel is gebaseerd op de analyse die FOFOA onlangs plaatste op www.freegoldspeakeasy.com (login vereist). Leest u graag meer van dit soort artikelen, meldt u zich dan via deze pagina aan voor een lidmaatschap ($110 per half jaar). Goudanalist Koos Jansen van Bullionstar ontdekte dat China haar goudreserve naar de marktprijs waardeert.

Europa, Rusland en China erkennen de waarde van goud

Bron: Marketupdate

Goud is geen geld!

Hoe vaak horen we ‘goldbugs’ roepen dat goud geld is. Of dat goud weer geld zou moeten zijn, bijvoorbeeld door de waarde van geld weer te koppelen aan een vaste hoeveelheid goud. Dit soort sentimenten zijn kenmerkend voor een tijd waarin centrale banken vrijwel onbeperkt liquiditeit kunnen verstrekken en waarin banken voor vele miljarden overeind gehouden worden. Toch zitten de goldbugs ernaast als ze denken dat de monetaire problemen de wereld uit zijn als goud weer geld is…

Goudstandaard

Het idee van een koppeling van geld aan goud kent een groot aantal prominente aanhangers. Mensen als Ron Paul, Mike Maloney, Peter Schiff en tal van anderen zijn bij de goldbugs populair om hun visie op goud. Geïnspireerd door de Oostenrijkse economische school zetten zij zich af tegen de Keynesiaanse stroming en pleiten ze voor een terugkeer van geld met intrinsieke waarde. Pas als het geld weer gedekt is door iets van waarde zal de macht van overheden en banken beperkt worden.

Door een goudwisselstandaard in het leven te roepen zou er een einde komen aan het fractioneel bankieren en zouden overheden gedwongen worden om hun begroting op orde te maken. Kostbare oorlogen zouden onder een goudstandaard niet gevoerd kunnen worden, of in elk geval minder lang kunnen duren. Een goudstandaard disciplineert banken en overheden, aldus de voorstanders.

Bretton Woods

Het falen van het Bretton-Woods systeem bewijst dat een koppeling van geld aan goud vroeg of laat spaak loopt. De Amerikanen beloofden na de Tweede Wereldoorlog een dollar ‘as good as gold’. Amerikaanse staatsobligaties werden vanaf dat moment op gelijke voet gezet met goud als reserve voor centrale banken. Daarnaast bleef de dollar inwisselbaar voor goud tegen een koers van $35 per troy ounce.

Het Bretton-Woods systeem met een indirecte gouddekking bleek geen rem te zetten op de kredietgroei. Amerika kon schulden blijven maken, omdat andere landen hun dollars weer uitleenden aan de VS. De schuldverplichtingen van Amerika stapelden zich op in de rest van de wereld, terwijl de dollar nog steeds dezelfde koopkracht had in termen van goud. Het duurde dan ook niet lang voordat het buitenland (Frankrijk voorop, later volgde ook Nederland) dollarreserves begon in te wisselen voor goud. Binnen een paar jaar werd duidelijk dat de Amerika haar belofte van een dollar ‘as good as gold’ niet waar kon maken. Het goudloket werd in 1971 gesloten, omdat de VS anders in no-time door de resterende ~8.100 ton goud heen zou raken.

De enige manier om een koppeling van de munt aan goud te garanderen is door continu goud te kopen of (veel vaker) te verkopen. De omvang van de goudvoorraad en de prijs waartegen goud gekoppeld wordt kan alleen bepalen hoe lang het duurt voordat al het goud verkocht is, maar een andere uitkomst kan niet verwacht worden.

Goud is waardevol

Laat er geen misverstand over bestaan als ik zeg dat goud geen geld is. Goud is een waardevol bezit! Het edelmetaal is schaars, het vergaat niet, het is goed te bewerken en het blijft eeuwig in circulatie. Daar komt bij dat goud zeer liquide is, omdat het zonder waardeverlies opgedeeld kan worden in kleinere stukjes en omdat het voor een relatief beperkte omvang veel waarde heeft.

De gedachte dat goud geld zou moeten zijn is te herleiden tot een heel ver verleden, waarin goud (en zilver) gebruikt werden als een soort betaalmiddel. De stukken goud en zilver werden later in gestandaardiseerde gewichten geslagen, met als doel de handel te bevorderen. Omdat men kon vertrouwen op bepaalde goudsmeden werden gouden en zilveren muntstukken gemakkelijker geaccepteerd dan ongeslagen stukken edelmetaal.

Het was de eerste stap naar geld op basis van vertrouwen. Door munten met een gestandaardiseerd gewicht te produceren konden handelaren sneller transacties uitvoeren, zonder eerst alle goudstukken te wegen en op echtheid te controleren.

Het gebruik van gouden en zilveren munten bleef een veredelde vorm van ruilhandel. Er vond een directe ruil plaats van bezittingen (goud, zilver) voor bezittingen (grond, vee, meubels, gereedschappen, enz) of diensten (arbeid).

Geld is krediet

Naarmate de tijd vorderde kwam men erachter dat het veel handiger was om schuldbewijzen te gebruiken in plaats van de gouden muntstukken. Banken ontstonden toen de goudsmeden ongedekte goudcertificaten verstrekten aan klanten, waardepapieren die niet gedekt waren door goud in de kluis.

Dit was het kantelpunt waarop geld als bezit (fysiek edelmetaal) veranderde in geld als schuld (krediet). Niet langer werd de waarde van geld bepaald door de intrinsieke waarde, maar door het vertrouwen van de samenleving in de centrale bank en in de kredietverlenende instanties.

Het geldsysteem evolueerde van veredelde ruilhandel naar een boekhoudkundig systeem, waarin geld een middel werd om de uitwisseling van goederen en diensten in de reële economie bij te houden. Zie het als een groot scorebord.

Geld werd een claim op productiviteit in de werkelijke economie, een claim die gegarandeerd wordt door de centrale bank. Het is om die reden dat er een handtekening van de centralebankpresident op ieder eurobiljet staat. Geld is niets meer dan de vertegenwoordiging van een sociaal contract, zoals Duisenberg beschreef in een toespraak uit 2002. Hij zij het volgende over geld:

“We bieden onze arbeid aan in ruil voor geld, dat in zichzelf geen waarde heeft. We doen dit alleen omdat we erop vertrouwen dat we dat geld kunnen gebruiken voor de uitwisseling van goederen en diensten. Dit feit zegt op zichzelf al veel over het vertrouwen dat we leggen in het geld. En het zegt nog meer over het vertrouwen dat wij als mensen in elkaar hebben. Vandaar dat geld, in essentie, een sociaal contract is.“

Ook FOFOA beschrijft geld als een boekhoudkundig systeem, dat gesymboliseerd wordt door munten en bankbiljetten die vrijwel geen intrinsieke waarde hebben. Hij zei er onlangs het volgende over in dit artikel:

“Transactional currency is simply a notional, purely symbolic token medium of exchange, much more replaceable, resource-efficient and environmentally friendly than mining stupid metals for stupid coins.”

Goud is geen geld

Vandaag de dag is geld een vorm van krediet, dat door banken gecreëerd kan worden naargelang de behoefte vanuit de samenleving. Het voornaamste doel van geld is om de stroom van goederen en diensten door de economie te stroomlijnen. Geld is een ruilmiddel en rekenmiddel bij uitstek, want voor het betalingsverkeer zijn euro’s oneindig veel handiger dan gouden en zilveren muntstukken.

Goud is veel nuttiger als het gebruikt wordt als een soort tegenpool van geld, één die compenseert voor het waardeverlies van valuta. Het is daarom ook geen toeval dat goud tegenover geld staat op de balans van de centrale bank (zie weekstaat ECB). Goud is de belangrijkste bezitting van centrale banken, terwijl geld in omloop aan de passiva zijde van de balans staat.

Door goud en geld uit elkaar te houden kan de groei van de geldhoeveelheid opgevangen worden met een stijging van de goudwaarde. Het spanningsveld dat een koppeling van goud aan geld creëert wordt verholpen door niet langer een koppeling van goud aan geld na te streven.

Goud als spaarmiddel

Zoals euro’s het meest nuttig zijn als betaalmiddel en rekenmiddel, zo is goud het meest nuttig als spaarmiddel. Fysiek goud heeft alle wenselijke eigenschappen voor iedereen die vermogen voor een langere periode opzij wil zetten. Goud kent geen tegenpartij risico en behoudt zijn vermogen ook ten tijde van een valutacrisis. Het bezit van goud wordt aangemoedigd in Europa, doordat het geheel is vrijgesteld van btw. Blijkbaar is daar goed over nagedacht toen de Europese muntunie werd opgericht…

Bron: Marketupdate